Kunstgeschiedenis
BArok
De barok is een Europese stijlperiode, zich uitstrekkende van de 17e eeuw tot in de eerste helft van de 18e eeuw, die zijn oorsprong had in Italië en tot uiting kwam in de architectuur, tuinarchitectuur, schilderkunst, beeldhouwkunst, literatuur en muziek. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen vroeg-, hoog- en laatbarok. De laatbarok wordt ook wel rococo genoemd.




Architectuur
Tijdens de periode 1600-1715 was de architectuur in decoratieve ensembles geïntegreerd. De open vormen overheersen, ze vloeien in elkaar over en zijn beweeglijk. De afzonderlijke delen van het gebouw staan niet op zichzelf, maar komen tot hun recht in de samenhang van het geheel.




Schilderkunst
De schilderkunst tijdens de
barok kenmerkt zich door het gebruik van de volgende beeldaspecten:
-
extreem realisme;
-
dramatische effecten;
-
sterke licht/donker contrasten (clair-obscur);
-
veel emotie (op gezichten);
-
veel vaart en beweging en druk/krinkelende figuren;
-
berekende dieptebewerking;
-
diagonalen.
-
lichtbron niet zichtbaar




Beeldhouwkunst
De beeldhouwkunst word vooral herkent door het Aanbrengen van overdadige versieringen, in beelden vol beweging, in breedsprakige gebaren, in houding (schroefhoudingen) en drapering.




Toegepaste kunst
Kenmerkend voor de stijl is de nadruk op elegantie, luchtigheid en het lieflijke karakter der dingen.